Menu

Door middel van een morbiditeitsregistratie, gebaseerd op DSM-III diagnostische kriteria, wordt een overzicht gegeven van een aantal veel voorkomende psychische stoornissen in de huisartspraktijk. Het klinisch profiel van deze aandoeningen wordt beschreven.

De DSM-III is een handleiding, initieel bestemd voor het (statistisch) verwerken van een bepaald soort van medische gegevens, m.n. psychische stoornissen. In zijn huidige vorm reikt de bedoeling van de samenstellers echter verder, en wil het ook een «standaard»-referentiewerk zijn voor alle clinici die begaan zijn met het uniform diagnosticeren van dergelijke aandoeningen. De struktuur van dit werk is met zeer grote zorg gekoncipieerd en voorbereid, zodat het te verwachten valt dat het inderdaad een leidraad zal worden waar in de toekomst meer en meer zal naar verwezen worden. Ook voor...

«Toen ik een kind was, sprak ik als een kind, voelde ik als een kind, dacht ik als een kind; nu ik een man geworden ben, heb ik het kinderlijke afgelegd. Thans zien wij als in een spiegel, in raadselen, maar dan van aangezicht tot aangezicht. Thans ken ik slechts ten dele, maar dan zal ik ten volle kennen zoals ik zelf gekend ben.» Paulus: 1 Kor., 13, 11-12

De uiteindelijke bedoeling van ieder auteur van een artikel is gelezen, begrepen en onthouden te worden. Het is verkeerd te menen dat de inhoud alléén van een ingezonden stuk voldoende waardevol is om de aandacht te trekken van de potentiële lezer en hem tot de laatste regel geboeid te houden. Het is niet zonder reden dat de meeste (medische) tijdschriften ook aan de uiterlijke vormgeving van ingestuurde bijdragen groot belang hechten. Vaak eisen zij van de auteurs in deze een zekere uniformiteit (in de letterlijke betekenis van het woord), waardoor het leeskomfort en de kwaliteit van hun blad...

The Research Committee of the Royal College of General Practitioners werd in Engeland geïnstalleerd in 1953. De WVVH-Research Club in 1976. Wetenschappelijke verenigingen hebben dus wat tijd nodig vooraleer zij beseffen hoe belangrijk het is om een eigen research-apparaat op te bouwen. Met ruim en ambitieus geformuleerde doelstellingen is er ondanks de vele moeilijkheden toch een en ander gepresteerd. Met de reorganisatie van het Vlaams Huisartsen Instituut wordt een start genomen waarbij de WVVH met de drie Akademische Centra voor Huisartsgeneeskunde als nieuwe ploeg aan de «basis» wordt...

Onder iatrogenie verstaat men aandoeningen die verergerd, of bestendigd, of zelfs veroorzaakt worden door medische tussenkomst.

Door middel van een registratie van 100 opeenvolgende kontakten met patiënten wordt een eenvoudige, snelle en goedkope metode voorgesteld aan de hand waarvan het gedrag van de huisarts tijdens een konsult kan worden beschreven.

In mijn praktijk werden reeds eerder onderzoeken verricht naar het raadplegingsgedrag van gezinnen: zowel in aselekte omstandigheden, zonder onderscheid van gezinstype (Tijdschr. v. Geneesk., 1974, 13, 592), als in psycho-sociale probleemsituaties (Tijdschr. v. Geneesk., 1979, 22, 1477).

De huisarts is traditioneel een familie-arts: een dokter voor het hele gezin. Dit (ondermeer) maakt hem uniek in de medische zorgensector.

Wanneer ik bij het begin van het spreekuur in de wachtkamer rondkijk denk ik: « daar zit ze weer...»